Als Jezus niet is opgestaan…

Toen archeologen bij het Capitolium in Rome bezig waren met een opgraving, hebben zij in een kamer een tekening gevonden, gekrast in het plamuur van de muur. Het laat een man zien, die in een aanbiddende houding staat voor een kruis, waarop iemand gekruisigd is. En daaronder staat: Alexamenos aanbidt zijn God. Het is een graffito van ergens rond het jaar 200 – dus toen het Christendom nog zwaar onderdrukt en vervolgd werd door het Romeinse Rijk. Maar er is iets opmerkelijks, en schokkends over deze graffito…want de Jezus die gekruisigd is heeft een ezelshoofd. – dus overduidelijk is het dus een tekening gemaakt tot spot, tot vernedering van die gelovige…en natuurlijk tot vernedering van Jezus Christus zelf.

Het belachelijk maken van gelovigen is niet alleen iets van de tijd van de Christenenvervolging, maar ook iets van vandaag: Geloof je daar echt in…dat water in wijn verandert… dat een mens op water loopt…dat en man overleeft in de buik van een grote vis…dat een mens uit de dood kan opstaan? Het is niet onvoorstelbaar dat in de wereld van de toekomst het steeds moeilijker en zwaarder, zelfs gevaarlijker zal worden om je geloof te bewaren in een wereld die dat veracht.

Maar waarom raakt dit spotbeeld ons zo? Ik denk omdat het ons raakt in het hart van het Christelijk geloof. Want dat wat het Christelijk geloof het méést van andere geloven onderscheidt is juist dit: het geloof in een Heer en Heiland die is gestorven en op de derde dag is opgestaan – Heel het evangelie staat of valt met deze waarheid. Als deze waarheid niet zou kloppen, zou heel het Christelijk geloof als een kasteel van kaarten in elkaar storten.

De apostel Paulus maakt deze stelling in 1 Korinthe 15: 14, 17: Als Christus niet is opgestaan uit de dood… dan:

1. Is onze prediking zonder inhoud. – Ten eerste betrekt Paulus deze stelling op zichzelf. En niet alleen zichzelf, maar ook allen die de boodschap van de opstanding van Jezus hebben verkondigd. In verzen 1-11 noemt hij honderden mensen, sommigen bij naam, die de opgestane Jezus hebben gezien.

Maar als Jezus niet écht is opgestaan…zijn al deze mensen misleid…of zij vergissen zich, of nog erger, zij liegen…

Maar hoe het ook zij – Als Christus inderdaad niet is opgestaan…misleiden al deze getuigen, alle apostelen, en de ontelbaar vele predikers van het Evangelie met hun woorden veel andere mensen om te geloven…waarin? In een vergissing of een leugen. Als Christus inderdaad niet is opgestaan…gaat deze misleiding al honderden jaren door, en gaat het ook nu in deze dienst door, en kunnen wij net zo goed ophouden. – als Christus niet is opgestaan.

2. Is uw geloof zonder inhoud. – Als er valse getuigen zijn van een vals evangelie…komt er misschien wel oprecht geloof bij mensen…maar het zal geen fundament hebben. Een beetje zoals “Geloven in een god die niet bestaat”.

Maar kun je wel geloven in een Jezus die niet is opgewekt? Jazeker, er zijn vele mensen die dat doen: moslims, mensen van vrije, new-age spiritualiteit, zelfs Christenen…mensen voor wie Jezus een wijze leraar is geweest, die heel mooie dingen heeft geleerd over liefde, over elkaar vergeven, over nederigheid, en gerechtigheid…

Het is dan wel opmerkelijk dat mensen dan die gedeelten uitkiezen uit de woorden van Jezus die toevallig overeen komen met hun eigen opvattingen.  

Maar…als we deze houding ook bij onszelf opmerken: geven wij Jezus wel het recht om iets te zeggen, en iets te vinden waar wij het niet meer eens zijn? Bijvoorbeeld als Jezus iets zegt over het huwelijk? Of als Jezus zegt dat je ook van je vijanden moet houden? Of als Jezus zegt dat wie niet gelooft, verloren zal gaan?

Maar om eerlijk te zijn… Als Jezus niet is opgestaan… dan mag je gerust kiezen tussen Zijn woorden… Dan mag je kiezen vanuit Zijn woorden wat jou het mooiste lijkt, wat jou het beste uitkomt, want alles draait dan toch om jou…om jouw persoonlijk geloof…wat jou het beste uitkomt. – als Christus niet is opgestaan.

3. Zijn jullie nog in jullie zonden. – Deze gedachte van Paulus lijkt op het eerste gezicht wel wat vreemd. Want hij heeft het hier vanaf vers 12 steeds over de opstanding. Waarom linkt hij dan de verlossing van onze zonden daaraan? Terwijl hij een paar verzen eerder zegt:  1 Korintiërs 15: 3 Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden…Dus wat heeft Zijn opstanding te maken met onze verlossing? Of Jezus wel of niet is opgestaan verandert toch niets aan het feit van Zijn kruisdood?

Maar stelt u het maar zich even voor: als Jezus niet zou zijn opgestaan op de derde dag, dan zou Hij ‘gewoon’ een Rabbi, een leraar zijn geweest, die net té nauw op zijn eigen persoon de werkelijkheid van Gods koninkrijk heeft betrokken – zoals in Zijn tijd, en vóór en ná zijn tijd er velen waren onder de Joden…die als Messias werden gezien en gevierd. Zonder de opstanding zou Jezus alleen maar één zijn in de lange rij die uiteindelijk teleurstelling heeft gebracht aan Zijn aanhangers – en dat weerklinkt in de woorden van de Emmaüsgangers, toen zij nog niet wisten dat Jezus is opgestaan: en wij hoopten dat hij het was die Israël verlossen zou…

Zonder de opstanding zou Jezus niet het plaatsvervangende Paaslam zijn geworden, maar…en ik wil niet in woorden vatten wat die tekenaar van het graffito heeft getekend…maar u begrijpt het beeld.

Als Jezus niet is opgestaan…is onze prediking tevergeefs, jullie geloof tevergeefs, en wij zijn allemaal in onze zonden…Als Jezus niet is opgestaan…is alles tevergeefs, en Paulus gebruikt daar een woord wat wij ook vanuit het boek Prediker kennen: IJdelheid…een zucht…

En ik weet niet of u wel eens zulke gedachten krijgt…ik zeker wel…zeker in zulke omstandigheden waarin de wereld zich nu bevindt…oorlog, onzekerheid, ongekende polarisatie, technische vooruitgang wat gevaren en ethische moeilijkheden meebrengt, een wereld waarin de waarheid zoek is. Of beter gezegd: het is een beetje als bij een fast food catering – iedereen kiest die waarheid waar hij het meeste naar verlangt, en daar propt hij zich helemaal vol mee… Nou, krijgt u bij zulke omstandigheden niet soms de gedachte: waar zij wij hier eigenlijk mee bezig? En omdat er vanuit de wereld geen duidelijk, en geen hoopvol antwoord daarop komt, gooien zich sommige mensen in genot: ‘nou, laten wij maar het beste eruit halen’ – en anderen gooien zich in wanhoop: ‘niets heeft zin, dus waarom gaan wij eigenlijk nog door’.

Wat zegt Paulus? Als wij alleen voor dít leven onze hoop in Christus gevestigd hebben, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen.

Ziet u dus hoeveel er van die éne gebeurtenis afhangt…toen, op die zondag ochtend, bij het lege graf…Als Jezus niet is opgestaan…is er geen hoop, is er geen geloof…is er geen liefde.

Maar nu – Misschien wel de heerlijkste woorden van het evangelie. Na alle ellende wat wij hebben gehoord…na alle hulpeloosheid en hopeloosheid horen wij: ‘maar nu’. De apostel Paulus maakt ons wakker uit de nachtmerrie. Ja, het is gewoon een uitdrukking, maar het brengt het zo dichtbij: “Maar nu…Christus ís opgewekt uit de doden” – en Paulus zegt verder: en is de Eersteling geworden van hen die ontslapen zijn.

En Paulus noemt dit niet als een mogelijkheid, niet als een subjectieve waarheid, maar als een feit. Als iets wat écht gebeurd is. En dit is dus wat de grondslag is van ons geloof: de opstanding van Christus, – Paulus en die tientallen, honderden mensen geloofden er zo vast in ómdat Jezus aan hen is verschenen in Zijn opgestane lichaam.

Maar voor ons is het bewijs niet zo’n letterlijke ontmoeting, maar het bewijs komt tot ons door Woord en Geest. Geloof je dat Hij het is die tot je spreekt door het Woord? Geloof je dat het Zijn Heilige Geest is die in jou woont? Want dát is het bewijs dat Jezus niet alleen toen op die zondag ochtend is verschenen als opgestane Heer…maar – zoals Paulus zegt: Maar nú…

Wij weten wat het gevolg is van de stelling als Jezus niet is opgestaan: – valse getuigen, vals geloof, zonden die onvergeven zijn…en een bestaan zonder oorzaak en zonder doel…zinloos…ijdelheid.

Maar wat is het gevolg daarvan dat Hij wél is opgestaan: – dat verandert alles! Dat betekend dat alles wat Jezus gezegd heeft – en alles wat God door de profeten heen gezegd heeft – wáár is. Óók die dingen die wringen, ook die dingen waar wij het niet eens mee willen zijn. Maar het betekent ook (en dit is het punt waar het bij Paulus om draait) dat er eeuwig leven is, dat er opstanding is… Het betekent ook: dat wij deze Jezus nodig hebben – want Hij is de Eersteling…de eerstgeborene uit de dood. Het betekent dat een mens door geloof in Christus verlost wordt door zonden, en zo deel kan hebben in die eeuwigheid. Het betekent dat er een hogere reden, en een hoger doel is van ons bestaan…en die is door God bedacht voor de grondlegging van de wereld. En het betekent ook dat wij óók in dit leven ons geloof op Christus mogen vestigen…maar niet alleen in dit leven.

Maar nu…Christus ís opgestaan…en heeft ons het nieuwe, eeuwige leven gebracht. En dit is de waarheid wat het waard is om voor je leven neer te leggen, zoals Stefanus en Petrus dat deden. Dit is de waarheid wat het waard is om verdrukking voor te lijden zoals Paulus en Silas dat deden. Dit is de waarheid wat het waard is om van de daken te roepen: Christus is opgestaan. Dit is de waarheid waarvoor het waard is spot te lijden…zoals die jongen in Rome, Alexamenos.

Het mooiste aan zijn verhaal heb ik nog te vertellen. In de ene kamer was dus een spottekening, waarop Alexamenos zijn god aanbidt, een gekruisigde met een ezelshoofd. Maar in de kamer daarnaast hebben zij nog een graffito gevonden. In de muur gegraveerd, weer dezelfde naam: Alexamenos fidelis… – wat letterlijk betekend: Alexamenos is trouw… Hij bleef geloven. Ondanks alles wat er over hem werd gezegd. Ondanks alles wat er over Zijn Heer werd gezegd…bleef hij trouw aan wat de Heilige Geest aan Hem bekend heeft gemaakt: Maar nu! Christus ís opgewekt uit de doden…Halleluja! AMEN

Preek van A. Csongor Kelemen. Verkondigd op de 2e dag van Pasen, 18 april 2022